"Ik zie mijzelf al ongemakkelijk voor een grote groep Zimbabwaanse kinderen staan. Al zwaaiend en springend probeer ik ze “Berend Botje te leren”, maar.. zonder succes. Hoewel mij het hele idee erachter aanspreekt, vraag ik mij af hoe het kinderwerk er nou echt uit gaat zien. Wat zullen de kinderen er van vinden, of de leraressen? En is kinderwerk gewoon voor de leuk, of heeft het ook effect? Met deze vragen in mijn hoofd, stop ik de laatste kleurpotloden in mijn tas en kan de reis beginnen. Met mijn groep ben ik al een paar dagen in het mooie, -geen vuiltje in de lucht- Zimbabwe, en wanneer wij om 5 uur klaar zijn met bouwen en de auto terugkomt van kinderwerk begint mijn nieuwsgierigheid meer en meer op te spelen. Iedereen uit mijn groep die naar het kinderwerk is geweest is razend enthousiast, en wanneer ik vraag om een beschrijving wordt er met een big smile gezegd; “je zult het vanzelf wel meemaken”.
En dit meemaken, deed ik zeker. Eenmaal aangekomen op de basisschool kijk in mijn ogen uit. Er zijn blije kinderen, bange kinderen, kinderen met mooie uniformpjes en kinderen met verscheurde kleding, er zijn honderden kinderen en elk is verschillend. Wanneer ik op de groep leraressen afloop om te vragen of ik iemand zou mogen interviewen, is er één lerares die gelijk aangeeft wel te willen.
Haar naam is Ruvarashe, wat bloem van God betekent. Ze is 30 jaar oud en geeft nu 2 jaar les op deze basisschool. Aan haar spontaniteit en verlegenheid kan ik opmaken dat ze het leuk vind dat we er zijn, maar dat ze het ook spannend vind. Met haar ga ik in gesprek, over het kinderwerk en over van alles en nog wat.
Het kinderwerk, zo vertelt Ruvarashe, heeft veel effect op de lange termijn. Kinderen worden in aanmerking gebracht met het geloof, ze leren bijvoorbeeld bijbelverhalen en ze leren om te bidden. Doordat zij dit 10 dagen lang doen, zetten zij het bidden ook na het kinderwerk voort. Hierdoor accepteren ook niet-christelijke ouders het geloof en helpen zij het kind om te groeien binnen het geloof. Ook worden de kinderen met het kinderwerk in contact gelegd met de buitenwereld, namelijk de Nederlanders. Ze treden buiten hun comfortzone en krijgen daarnaast ook een stuk cultuur van ons mee. En doordat wij van World Servants op de basisschool zijn, worden blanke mensen in het dorp in het algemeen meer geaccepteerd. Van vroeger uit kon dit best problematisch zijn, maar door het contact met de bevolking tijdens project groeit en groeit deze acceptatie.
Naast Ruvarashe heb ik ook 3 kinderen gesproken: Briljant, Mondliwethu en Anele. Alle 3 zijn een beetje verlegen, maar door de stiekeme lach merk ik dat ze het leuk vinden. Ik vraag ook hen over het kinderwerk, en net als Ruvarashe zijn zij erg enthousiast. De spelletjes, liedjes, verhalen, feestjes.. alles was geweldig. En toen ik vroeg wat nou het beste van allemaal was, riepen ze allemaal lachend in koor onze welbefaamde stroopwafels.
Het kinderwerk was een ervaring om nooit te vergeten. Ik wist van te voren niet dat het zo veel effect, ook op lange termijn, kon hebben. “Een beetje knippen en plakken”, zei ik nog tegen mijn moeder toen ze vroeg wat nou precies het kinderwerk was. Knippen en plakken is het zeker, maar het is nog zo veel meer dan dat. Met kinderwerk geven wij de kinderen een onvergetelijke tijd, we halen ze uit hun dagelijkse sleur en we geven ze plezier. We laten ze spelenderwijs kennismaken met het geloof en met een andere cultuur. Hier hebben zij niet alleen op het moment zelf, maar ook in hun latere leven veel aan. Daarnaast doet het goed voor de hele omgeving. Ouders, leraressen, dorpsbewoners, iedereen leert van elkaar. Wat een prittstift al niet kan doen.