Cees blikt terug op twee indrukwekkende dagen in Myanmar. De groep heeft heel wat indrukken te delen onderling en met ons als thuisfront. En aan de foto's te zien is er nog veel meer te vertellen later...
Vrijdag uiteraard emmertjes zand. Maar ook schuren en metselen. Het kinderwerk liep weer prima. De ontmoeting met de kinderen met beperking en hun ouders was veelbelovend. Het bleek dat de Lepra Zending Myanmar goed werk verricht heeft. Ze zijn creatief geweest in het maken van hulpmiddelen. Ondanks hun beperkte kennis gaan ouders en verzorgers liefde vol en met respect op een positieve manier om met hun kinderen. Na wat gewenning hadden de kinderen en de deelnemers het grootste plezier met een kegel spel, ballonnen en ballen. 's Middags ging er een groep op cultuur bezoek. Het eerste gezin, waar we op bezoek gingen had een kindje van zes maanden met een waterhoofd. Bij beiden handen waren de vingers aan elkaar gegroeit. Dit was ook het geval met de tenen. Maaike had haar een tijd je op schoot. Plotseling kreeg zij een warm gevoel en bleek de baby, die geen luier aan had, geplast te hebben. Het tweede bezoek was bij een wat ouder gezin waarvan een volwassen vrouw aan beide benen verlamd was. Zij had, zich zelf leren naaien op een trap naaimachine met wat aanpassingen. Nu gaf ze les aan anderen. Het derde bezoek was been schokkende ervaring. In dat gezin woonde een jongen van 10 met Harlekijn-ichthyosis, een huid ziekte waarbij het lijkt of de huid van zijn hele lichaam uit brandwonden bestaat. Zelf was de jongen best opgewekt. Hij ging naar school en tekende graag en goed. We waren er stil van. Er was genoeg om 's avonds en in het GMG te delen.
Vandaag hebben we de toerist uit gehangen. Auto in auto uit. Eerst naar twee weverijen. In de tweede was het schokkend om te zien dat er een meisje van acht het zware werk deed achter het weefgetouw. Dit omdat haar familie het geld nodig had. Als je het ziet is het iets anders dan dat je er over leest in Nederland. Daarna bezochten we een hoedenmakerij en een houtsnijder Vervolgens gingen we via twee Boedistische tempels naar een fruitteler. Hij teelde papajas, dragonfruit, jackfruit en nog wat andere onbekende vruchten. Uiteraard hebben we alles geproefd. Ook hadden ze een boom die ze na tien jaar om hakte en dan verkochten voor 800 tot 1000 dollar per boom. De fabriek gebruikt de bomen om parfum te maken. Onderweg kregen een luchpakketje met bami en een gebakken ei. Het bestek bestond uit twee stokjes. Wat niet meeviel, zeker niet voor degenen die echt trek hadden. Lotte was het zat en reeg met veel geweld het hele ei aan een stokje en at het op die manier op. Vanavond hadden we papaja als dessert. Nu lekker uitrusten van alle indrukken en mooie vergezichten.
Wederom de hartelijke groeten uit het warme maar ozo gezellige Myananmar.
PS de sfeer is nog steeds prima, dus ondanks de verzoeken in de groetjes om snel terug te komen omdat we gemist worden, blijven toch nog maar even?