Zoals ik had beloofd, hebben we nog foto’s gemaakt van de projecten samen met de mensen die hard hebben gewerkt om hierin te voldoen aan de wensen van Gea en Jaap. Ik geloof in dit geval dat beelden veel meer zeggen dan woorden, dus ik laat de foto’s graag spreken.
Vandaag konden we voor het eerst van de week eindelijk een beetje uitslapen, maar het bleek dat veel van de deelnemers daar nog niet echt aan toe waren. Al vroeg waren we in de weer om onze tassen in te pakken en om de slaapcabines weer af te breken. Tijdens het ontbijt kwamen Jaap en Gea langs om ons de bedankjes te overhandigen. Ook de andere vrijwilligers waren langsgekomen om onze groep te bedanken voor de vele hulp, de ontmoetingen en de gezellige momenten die we samen hebben gehad.
Zoals ik had beloofd, hebben we nog foto’s gemaakt van de projecten samen met de mensen die hard hebben gewerkt om hierin te voldoen aan de wensen van Gea en Jaap. Ik geloof in dit geval dat beelden veel meer zeggen dan woorden, dus ik laat de foto’s graag spreken. Na het maken van de foto’s en van een groepsfoto, zijn we verder gegaan met het opruimen en inpakken. Zo moesten er nog wat materialen terug naar World Servants en zijn ook de biertafels en banken die we van de 4e musketier hebben geleend teruggebracht. We hebben afscheid genomen van Jaap, Gea en het 8ste werk en konden weer huiswaarts gaan.
Na een redelijk lange rit kwamen we weer aan in Linschoten waar iedereen snel weer terug naar huis ging. Als ik die moeie koppies zo zag, dan denk ik dat iedereen vannacht wel heerlijk zal slapen. Het is een intense week geweest voor ons allemaal, maar volgens mij hebben we er echt van genoten, hebben we nieuwe talenten ontwikkeld en hebben we veel mogen leren.
Ook voor mij als schrijver is het avontuur afgelopen en mag ik ook rusten. Ik vond het erg leuk om jullie te voorzien van mooie dagverslagen over dit prachtige project. Ik heb ervan genoten en ik hoop jullie ook.
Namens World Servants groep Linschoten heel hartelijk bedankt voor het meelezen en meeleven.
Heel veel groetjes, ook namens de rest,
Mike van Ballegooijen